Armoede

24 maart 2018

Er ligt weer een werkweek achter ons, waarin we weer veel mooie momenten mochten hebben. De tijd vliegt!

Als je drie maanden op reis gaat, moet je goed voorbereid op pad gaan. Dat geeft denkwerk over bijvoorbeeld je visum. Van tevoren hebben we dit uitgezocht. Verschillende mensen om advies gevraagd. Uiteindelijk besloten dat we het visum aan gingen vragen via de visumdienst, zodat we zonder problemen konden vliegen. We hebben alle drie ongeveer 6 keer de visumdienst aan de lijn gehad om duidelijk te maken hoe lang onze reis duurde en wat voor ’n visum we dan het beste aan konden vragen. Het bleef een beetje vaag… Uiteindelijk dachten we het goed voor elkaar te hebben, een visum voor drie maanden. Dan zouden ‘m in Malawi nog één keer moeten verlengen, omdat we hier net wat langer zitten dan drie maanden. Toen we aankwamen op het vliegveld, was alles dan ook oké en hoefden we niets meer te betalen (de visumdienst in NL was al rijk van ons geworden). 18 maart zou het visum van drie maanden verlopen, dus bedachten we afgelopen week dat het wel tijd werd om naar de immigration te gaan. Een beetje aan de late kant, we worden daarin al aardig Afrikaans. Wij het kantoortje binnen, naar de aanvraagbalie. Een aardige vrouw wierp een blik in ons paspoort en deelde ons mee dat we al ruim 60 dagen illegaal in het land zitten. Pardon?! Ja, echt. Het visum wat wij aangevraagd hadden bleek alleen te gaan over de toegang tot het land, niet over het verblijf. Lekker dan. Wat nu? We snapten het echt niet, want we zijn zelfs een keer door de politie aangehouden, gecontroleerd op ons visum, maar het was volgens hen oké. Niet dus 😊. Zoveel verstand heeft de politie hier dus van.. Met een klein beetje geluk kregen we het voor elkaar om een visum van zes maanden aan te vragen. Dan was alles weer opgelost. Vorige week vrijdag hebben we het aangevraagd, donderdag deze week zou het klaarliggen. Donderdagmorgen reden we dus weer naar immigration om ons visum op te halen. Dat doen we even snel, dachten we. Mooi niet. We hebben ruim 2 uur zitten wachten, want het moest allemaal nog geregeld worden. Toen wij de stoute schoenen aantrokken en de beste mensen op probeerden te jutten, omdat we haast hadden, zeiden ze met een knipoogje: don ’t worry, just wait. Oef. Geduld…
Terwijl we terug naar huis scheuren, worden we aangehouden door de politie. Even de lampen van de auto controleren. En ja, die deden het niet zo goed, dat wisten we. De lampen aan, maar de agente was er niet tevreden mee. Ze vroeg om dimlicht. Dimlicht? Wat bedoeld die beste vrouw nou. Alle soorten verlichting probeerden we uit. Maar mevrouw was nog steeds niet tevreden. We haalden onze schouders op, ‘sorry mevrouw we begrijpen het niet.’ Ze werd een beetje boos: ‘You drive a car, but you don ‘t know how to use it? Dat wordt dan 5000 kwacha,’ klinkt het erachter aan. Grumbel. ‘Mevrouw, wij rijden alleen overdag, dan hebben we het licht toch niet nodig?!’ En we probeerde een glimlach op onze gezichten te creëren. We hebben haast madame! Kijk dan naar al die andere busjes en auto’s hier, waar barsten in de ruit zitten, zwarte rook uitkomt, die niet eens lampen hebben etc. Uiteindelijk laat ze ons er toch door, zónder boete.

Deze week hebben we weer twee ouderenmiddagen georganiseerd. Wat worden de mensen en wij daar blij van!
Dinsdag gingen we naar Nsanje. Toen we aan kwamen rijden, zaten er onder de bomen al heel veel oude mensen te wachten. Met onze komst kon de meeting beginnen, dus riep de dominee alle oude mensen bijeen. Er waren er 250 uitgenodigd, maar er zaten zo ‘n 350 mensen. Dubbel! Je wil álle mensen graag helpen, maar organisatorisch en financieel gezien moet je soms een grens trekken. Er wordt daarom altijd gewerkt met namenlijsten, zodat de mensen voor de maaltijd en de giften afgeroepen kunnen worden. Na een meditatie was het tijd voor rijst en kip. Alle mensen moesten hun handen gaan wassen en dan zou de dominee de namen roepen van de mensen die uitgenodigd waren. Wij gingen de bordjes met rijst uitdelen. Maar wat bleek: toen het op was, waren nog niet alle mensen aan de beurt geweest… Er piepen toch allemaal mensen mee, die eigenlijk niet zijn uitgenodigd. Zo schrijnend. Maar de zakken maismeel en de tasjes met inhoud zijn beperkt, dus die mogen echt alleen aan de mensen die uitgenodigd zijn gegeven worden.
Na de maaltijd is het tijd voor de giften. De dominee roept weer alle mensen bij elkaar en de truck, waar alle spullen inliggen, komt aangereden. En toen gebeurde er iets waar we nog steeds verbaasd van zijn. De oude mensen kwamen in opstand. Ze kwamen allemaal naar buiten gestormd, op de truck af. De dominee deed verwoede pogingen om de namen af te roepen, zodat we overzicht konden houden wie nu wel of niet iets mag krijgen. Maar nee hoor, er was geen beginnen aan. De mensen waren niet meer te houden. Dan maar doen alsof we weer wegrijden… De truck werd weer dichtgedaan en reed weg. Eerst maar even deze mensen kalmeren. We hebben ze vriendelijk toegesproken dat we een beetje teleurgesteld waren en dat het zo niet ging werken.
Poging 2. De truck verder bij de mensen vandaan gezet en een heel beveiligingsteam opgesteld. De dominee riep steeds 10 namen af. Deze 10 mensen moesten netjes in een rij gaan staan, waarna de namen nog een keer gecontroleerd werden. Met iemand van ons voorop en iemand van ons erachter stonden ze in de rij, zodat er tijdens het lopen naar de truck geen andere mensen meer bij aansloten. En daar marcheerden we, met ons rijtje agogo’s. Het leek nu meer op een militaire training, dan op een agogomeeting.  Bij de truck aangekomen werden ze nog een keer geteld. Klopte het, dan mochten we uitdelen. We hadden er lol om, maar we waren ook verbaasd. Je gaat je alleen zo gedragen als je dit eten echt nodig hebt. En voor deze mensen is het zo: ze moeten strijden om hun bestaan. We leren hier om te kijken naar wie je wél kunt helpen, in plaats van te kijken naar wie niet.

Donderdag was er een agogomeeting in Thyolo, een prachtig gebied met heel veel theeplantages. We vertrokken weer met de truck. We zitten dit keer zelf achterop de truck, omdat er geen auto beschikbaar is om mee te gaan. Als we de compound verlaten, zien we al een donkere lucht. Na een klein kwartiertje rijden barst de regenbui los. En daar zitten we dan, op de truck. Snel peuteren we onze wegwerpregenjassen uit onze tas en kruipen er onder. Dit zorgde voor heel wat bekijks en gelach. In de truck is maar plek voor 3 personen en aangezien we met 7 personen onderweg zijn, is er niet voor iedereen de mogelijkheid om droog te zitten. Als we een tankstation tegenkomen, stopt de truck. We moeten wisselen. Wij moeten droog gaan zitten, de wachtmannen die mee zijn, moeten achterop in de regen. Waarom?! Wij zijn toch al nat! Maar nee, ze willen het niet. We kunnen er niet aan wennen dat wij als blanke het toch altijd net een beetje beter moeten hebben…

Woensdagochtend organiseerden we een spelletjesmorgen voor de kinderen in Mbulumbuzi. Hollandse spelletjes, zoals touwtrekken, zakspringen, kruiwagen lopen. Wat was dat genieten! De teachers hadden de kinderen al voorbereid en om de beurten zouden we een groep meenemen om het ‘zeskamp’ mee te doen. Zodra we een klas binnenliepen om het idee van de spellen uit te leggen, ging er een gejoel op. Nu zijn wij aan de beurt!! Wat hebben zij en wij genoten! Prachtig om al die vrolijke kindersnoetjes te zien en wat waren ze fanatiek. Nadat twee groepen gespeeld hadden, werd de lucht donkerder en donkerder. En jawel, de regen barstte los. Helaas, dat betekende het einde van de zeskamp, terwijl er nog twee groepen niet aan de beurt waren geweest (natuurlijk zijn we heel blij dat er regen valt, want om ons heen zien we alleen maar droge mais!!)! Het werd de hele ochtend niet meer droog en we moesten de kinderen dus ook vertellen dat het vandaag voor hen niet meer doorging. Terwijl we de klas in gingen om dat te vertellen, werden de kinderen stil… Ze keken ons met grote ogen aan. Meen je dit echt? Ach, zó leuk vinden ze het dus en zo erg kijken ze uit naar iets wat voor ons bijna gewoon is. Gelukkig hebben deze kinderen het nog tegoed!

Vrijdag zijn we naar Phalombe geweest. In dit gebied zijn we vorig jaar ook twee keer geweest en die momenten zijn ons nog goed bijgebleven. Want wat een honger was daar! We hebben toen een keuken gesponsord, zodat er ook pap gekookt kon worden als het regenseizoen begon. De kleuters op deze school worden door veel van onze familieleden en vrienden gesponsord. Extra mooi om hier dus nog een keer heen te gaan.
Als we aankomen, stappen we uit en gaan de kerk binnen. En schrik niet: in de kerk zitten zo ‘n 200 kindertjes, ‘onze’ kindertjes. Een dappere kleuterleerkracht loopt door het pad, laat de kinderen tellen, lichaamsdelen in het Engels op dreunen. Wij zijn wel een klein beetje onder de indruk (eigenlijk heel erg). Wat een kindertjes! Gelukkig zijn er deze morgen sollicitatiegesprekken voor een tweede leerkracht.
Ook is er dus geen klaslokaaltje voor deze kinderen, ze zitten in de kerk. Maar wat mooi om hier te mogen vertellen dat we twee klaslokalen gaan laten bouwen voor deze kinderen, dankzij jullie sponsorgeld! Ook zullen er toiletten gebouwd worden, die zijn hier ook nog niet.
Tijd voor pap. Alle kinderen komen naar buiten, gaan in de rij staan om hun handen te wassen. Daarna krijgen ze een bordje pap. Eén voor één komen ze in de schaduw zitten met hun bordje eten.
Wij zitten erbij. Praten lukt niet, want deze kleuters verstaan geen Engels. Dat hoeft ook niet. We zijn stil, we worden ook wel een beetje stil. Om ons heen zien we hongerbuikjes. Kinderen die lepeltje voor lepeltje genieten van hun bordje met pap. Wat is de toekomst van deze kinderen? Zou dit echt het enige eten zijn van deze dag voor deze kinderen? Moet je kijken, achter ons in de maisvelden zie je verdroogde mais. Deze gedachten flitsen door ons heen als we bij deze kinderen zitten.
Naast ons zit een jongetje met een enorm hongerbuikje. Daarnaast een heel klein ventje die eigenlijk niet zijn hele bordje pap weg krijgt. Gauw pakken we het bordje en lepelen we de pap over naar het bordje van het jongetje met het hongerbuikje. Eet maar lekker hoor!
Na het eten proberen we wat te zingen met de kindertjes: hoofd, schouders, knie en teen. Aan het begin kijken ze ons alleen nog maar met grote ogen aan, maar na een tijdje staan ze mee te klappen en te bewegen!
We zijn dankbaar dat het kleuterschooltje er is voor deze kinderen. Hoewel er te veel kinderen in de klas zitten, krijgen deze kinderen toch elke dag een bord pap. En dat is voor hier nu het belangrijkste, want eten hebben ze thuis vrijwel niet. Laten we deze kinderen niet vergeten in onze gebeden!

Vrijdagavond was er in een sing-in in het huis van Wim. Verschillende mensen werden uitgenodigd om deze avond te komen zingen. Blank en bruin, samen paasliederen zingen. Erg waardevol! Ook grappig om te zien dat bijna de helft van de kamer gevuld was met Nederlanders 😊.

Een goed weekend!

Liefs,

Ons

Foto’s

5 Reacties

  1. Pa en ma de Raaf:
    24 maart 2018
    Ha meiden,
    Tjonge, soms kun je lachen en huilen tegelijk om alles wat jullie beschrijven...
    Indrukwekkend weer.
  2. Teunis en Jenny Rijneveld:
    24 maart 2018
    heerlijk die blijde kindersnoetjes!
  3. Ankie:
    26 maart 2018
    Wat zullen jullie dit alles gaan missen!
  4. Arjan en Alinde:
    26 maart 2018
    Wauw wat een verhaal weer meiden! Ik hoor soms e.e.a. van de moeder van Elma op school. Maar zo blijven we helemaal op de hoogte! Hoop dat jullie het werk af krijgen :). De mensen zullen jullie erg missen! Of juist meer andersom en gaan jullie nog een keer terug? ;) Goede tijd nog eventjes!
  5. John & Ineke Maljaars:
    26 maart 2018
    Inderdaad een lach en een traan bij alles wat jullie meemaken...
    Wat zal het lastig zijn om dit weer achter jullie te laten. Geniet er nog even volop van!